Groente en fruit op school lijkt gezond gedrag te stimuleren

Groente en fruit op school lijkt gezond gedrag te stimuleren

26 april 2021 Uit Door Majorie Former
Dit bericht delen:

Het aanbieden van groente en fruit in de klas lijkt gezond eetgedrag te stimuleren op scholen zonder voedingsbeleid. Een onderzoek van onder andere Wageningen University & Research (WUR) wijst uit dat het “EU-schoolfruit- en groenteprogramma” vooral van meerwaarde is op scholen zonder voedingsbeleid. Het lesprogramma “Smaaklessen”, waarbij scholen lessen geven over smaak en eten, zorgde bij leerlingen voor meer kennis over gezonde voeding, ongeacht het voedingsbeleid van de school. Promovendus Angeliek Verdonschot van WUR voert het onderzoek uit in opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur, en Voedselkwaliteit (LNV).

Smaaklessen

Smaaklessen is een lesprogramma dat is ontwikkeld door het ministerie van LNV over smaak en eten voor groep 1 t/m 8 van het basisonderwijs. Door te ruiken, voelen, horen, proeven en te zien komen kinderen meer te weten over eten. 75% van de scholen maakt gebruik van dit lesaanbod. Het EU-schoolfruit- en groenteprogramma (hierna EU-Schoolfruit) is een programma waarbij jaarlijks gemiddeld 3000 basisscholen gedurende 20 weken, voor 3 keer per week, groente en fruit ontvangen voor alle leerlingen. Daarnaast zijn er aan EU-schoolfruit ook lessen verbonden.

Winst op scholen zonder voedingsbeleid

In de studie volgden een derde van de scholen geen programma, een derde alleen EU-schoolfruit en een derde zowel EU-schoolfruit als Smaaklessen. De deelnemende scholen, met uitzondering van de controlegroep, hadden al vaker meegedaan met EU-schoolfruit. Overigens werden de lessen van EU-schoolfruit niet gegeven op scholen die alleen EU-schoolfruit volgden, om het contrast tussen de drie groepen te versterken. Over het algemeen hadden de programma’s geen invloed op groente en fruitconsumptie bij kinderen. Wel is er een verhoging in groente- en fruitinname gevonden door het aanbieden van EU-Schoolfruit bij leerlingen op scholen waar geen voedingsbeleid actief is.

Stimuleren gezond eten in pauzes

Verdonschot: “Een voedingsbeleid omvat bijvoorbeeld het stimuleren van gezond eten in de pauzes of bij traktaties. We hebben met onze studie niet gemeten hoe effectief zo’n beleid op zichzelf is. Wel laten onze cijfers zien dat de scholen zonder beleid meer baat lijken te hebben bij de programma’s. Dit sluit aan bij de verwachting dat leerlingen op scholen zonder voedingsbeleid waarschijnlijk ‘minder bezig zijn’ met gezond eten en er daar mogelijk meer winst te behalen valt met voedseleducatie in vergelijking met scholen waar gezond eten al meer de norm is.”

Ouders beïnvloeden eetgedrag

Ook schijnen kinderen die thuis minder gestimuleerd worden om gezond te eten meer groente en fruit te gaan eten wanneer ze deelnemen aan EU-Schoolfruit én Smaaklessen. Bij kinderen die thuis al aangemoedigd worden om gezond te eten werd geen positief verschil gevonden als gevolg van de programma’s. Waarschijnlijk is bij deze groep minder winst te behalen doordat de kinderen al best goed eten.

Het verschil in groente- en fruitconsumptie was alleen zichtbaar bij de groep met EU-Schoolfruit én Smaaklessen. Dit is opvallend en komt niet overeen met de verwachting dat eetgedrag wordt beïnvloed door zowel de EU-Schoolfruit als een combinatie van EU-Schoolfruit en Smaaklessen. Het kan zijn dat de thuissituatie hierbij een rol speelt: dit moet verder onderzocht worden.

Meer lessen leidt tot meer kennis

Smaaklessen blijkt opnieuw effectief in het verbeteren van kennis over gezonde voeding bij kinderen. Leerlingen die deelnamen aan Smaaklessen en EU-Schoolfruit wisten daarna meer over gezonde voeding dan leerlingen die niet meededen aan de programma’s. Deze toename in kennis was niet zichtbaar bij leerlingen die alleen aan EU-Schoolfruit deelnamen. Smaaklessen draagt dus bij aan kennistoename over gezonde voeding bij kinderen. “De relatie tussen kennis over voeding en gezond eetgedrag blijft een ingewikkelde kwestie”, geeft Verdonschot toe. “Veel onderzoek laat geen direct verband zien tussen verhoogde kennis en gezond eetgedrag. Wel is de verwachting dat kennis over gezonde voeding invloed heeft op het eetgedrag op de lange termijn”.

Daarnaast was het aantal ontvangen lessen van Smaaklessen van invloed op de hoeveelheid kennis over gezond eten. Leerlingen die drie tot vijf lessen van Smaaklessen ontvingen, leerden meer dan leerlingen die minder dan drie lessen ontvingen. Ook werden de lessen goed gewaardeerd door zowel leerlingen als docenten: van deze kregen ze respectievelijk 3.8 en 4.1 van de 5 punten.

Gezond eten

En wat houdt gezond eten dan eigenlijk in? Verdonschot: “Zoals beschreven door het Voedingscentrum: veel groente, fruit, volkoren graanproducten, bonen, olie, noten, en kraanwater. Minder vlees en zuivel en minder snoep, snacks en frisdrank. In de ‘Schijf van Vijf’ kun je hier meer informatie over vinden.

Scholen die aan de slag willen met een schoolfruitbeleid kunnen kijken op www.wijkiezengroenteenfruit.nu. Hier staat beschreven hoe de school in 4 simpele stappen afspraken kan maken over vaste groente- en fruitdagen.

Lees het onderzoek “Caregivers’ Role in the Effectiveness of Two Dutch School-Based Nutrition Education Programmes

Bron: www.wur.nl 26 april 2021


Dit bericht delen: