Magnesiumtekorten verdienen meer aandacht
10 mei 2019Lage magnesiumspiegels bij ouderen zijn gerelateerd aan medicijngebruik. Dat blijkt uit een recente publicatie van het PanDeMics project, waarin de afdeling geriatrie van Ziekenhuis Gelderse Vallei samenwerkt met Wageningen Universiteit, afdeling Humane Voeding. Bij polyfarmacie en bij gebruik van bepaalde medicijnen komt hypomagnesiëmie vaker voor. ‘Magnesiumtekort kan leiden tot diverse klachten’ aldus projectleider Wout van Orten-Luiten. ‘Met de resultaten kunnen we in de toekomst eerder risicopatiënten opsporen én door gericht advies symptomen voorkomen.’
Magnesiumtekorten verdienen meer aandacht
Dit magnesium onderzoek is een onderdeel van het PanDeMics project, waarin Ziekenhuis Gelderse Vallei, afdeling Geriatrie, en Wageningen Universiteit, afdeling Humane Voeding samenwerken. PanDeMics is een acronym voor Polypharmacy and Deficiencies of Micronutrients en onderzoekt verbanden tussen medicijngebruik en voeding. Het project wordt geleid door klinisch geriater André Janse, hoogleraar Voeding & Farmacologie prof. Renger Witkamp en voedingswetenschapper en epidemioloog Dr. Elske Brouwer-Brolsma. Wout van Orten-Luiten werkt als promovendus voor PanDeMics. Het magnesium-onderzoek is gepubliceerd in Clinical Nutrition. Recent werkte Wout ook mee aan een informatief artikel in Libelle (2019-nr 18) over magnesium.
Magnesiumtekorten en medicijngebruik
Het onderzoek is gebaseerd op cross-sectionele data van 343 ouderen die voor de eerste keer een bezoek brachten aan de polikliniek Geriatrie van Ziekenhuis Gelderse Vallei. Afhankelijk van de gehanteerde afkapwaarde kwam hypomagnesiëmie voor bij 22% (Mg <0,75 mmol/l) of 12% (Mg <0,70 mmol/l) van de patiënten. Bij gebruik van diabetesmedicatie (n=63) was dit respectievelijk 41% en 29%. Lage magnesiumspiegels kwamen vaker voor bij gebruik van protonpompremmers, calciumsupplementen, luchtwegverwijders en bepaalde medicatie voor hart- en vaatproblematiek. Mensen die meer preparaten gebruikten hadden vaker een lage magnesiumspiegel. ‘Dit is klinisch relevant.’aldus Wout. ‘In ons onderzoek was bij tweederde van de poliklinische patiënten sprake van polyfarmacie (gebruik van ≥5 verschillende middelen). Daarmee verdienen magnesiumtekorten meer aandacht in de zorg van ouderen.’
Diagnose en behandeling
Eerder zijn al verbanden aangetoond tussen magnesiumspiegels ≤ 0.75 mmol/l en klachten zoals atriumfibrillatie, hoge bloeddruk, hartinfarct, plotselinge hartdood, beroerte of diabetes. Toch worden de klinische verschijnselen van magnesiumtekort vaak niet herkend. Daarnaast hanteert het laboratorium een ondergrens van < 0.70 mmol/l. Klachten worden verwacht bij bloedspiegels < 0.50 mmol/l. Suppletie wordt geadviseerd bij spiegels < 0.40 mmol/l. De afdeling Geriatrie in Ziekenhuis Gelderse Vallei behandelt al bij magnesiumspiegels < 0.60 mmol/l. Vaak wordt magnesium helemaal niet geprikt: één bloedwaarde ziet men als onvoldoende betrouwbaar; aanvullende bepalingen als belastend voor de patiënt. Dit leidt tot symptoombestrijding van klinisch magnesiumtekort en een toename van medicijngebruik. Terwijl gerichte behandeling door magnesiumrijke voeding of magnesiumsuppletie juist kan bijdragen aan het verminderen van medicijngebruik en aan gezondheidswinst voor de patiënt.
Deelprojecten
PanDeMics heeft diverse deelprojecten. Wout noemt enkele voorbeelden:
• Met internist-nefroloog Julia Hofstra wordt onderzocht of er een verband bestaat tussen vitamine D en de hoogte van bloedspiegels immunosuppressiva na niertransplantatie. Literatuur geeft aan dat een bepaalde vorm van vitamine D de afbraak van deze medicijnen zou kunnen versnellen.
• Via literatuuronderzoek onderzoeken we de wisselwerking tussen magnesium en vitamine D. De magnesiumstatus zou het effect van vitamine D suppletie op de vitamine D status beïnvloeden.
• Ism een Belgische arts-onderzoeker werken we mee aan onderzoek naar het verband tussen gebruik van slaapmedicatie en ondervoeding. Dat zou het verhoogde risico op vallen bij gebruikers van slaapmedicatie kunnen verklaren.
Toekomst
‘Voor de toekomst hebben we veel ideeën.’ vertelt Wout enthousiast. ‘Een volgend artikel zal gaan over medicijngebruik en hyponatriëmie. Ook hebben we een voorstel ingediend om een tool te ontwikkelen, die op basis van o.a. medicijngebruik het risico op tekorten aan bepaalde micronutriënten voorspelt. Door meer kennis over voeding-geneesmiddelinteracties hopen we bij te dragen aan het verminderen van ziektelast en medicijngebruik.’ sluit Wout het interview af.
Bron: nieuwsbericht Alliantie Voeding in de zorg, mei 2019