Zorginstituut adviseert ruimere vergoeding voor herstel na COVID-19

Zorginstituut adviseert ruimere vergoeding voor herstel na COVID-19

14 juli 2020 Uit Door Majorie Former
Dit bericht delen:

De herstelzorg voor ernstig zieke COVID-19-patiënten moet tijdelijk ruimer vergoed worden vanuit de basisverzekering. Dat stelt het Zorginstituut Nederland (ZIN) in een maandag gepubliceerd spoedadvies aan gezondheidsminister Tamara van Ark. Het gaat daarbij niet alleen om patiënten die op de intensive care hebben gelegen, maar ook om mensen die op reguliere ziekenhuisafdelingen lagen of die thuis ernstig ziek waren.

Minister Tamara van Ark (Medische Zorg) gaat paramedische herstelzorg voor coronapatiënten die ernstige klachten hebben, per 18 juli tijdelijk en onder voorwaarden opnemen in het basispakket van de zorgverzekering. Gedurende de tijdelijke toelating tot het pakket vindt onderzoek naar de effectiviteit van deze zorg plaats. Van Ark neemt het advies van het Zorginstituut over, zo meldt zij in een brief aan de Tweede Kamer.

Verlies conditie en spierkracht

COVID-19-patiënten kunnen in de herstelfase lang hinder ondervinden van de infectie. Het Zorginstituut beschrijft spierkracht- en conditieverlies, benauwdheidsklachten en andere klachten door complicaties bij COVID-19. Veel klachten kunnen verholpen worden door fysio- of oefentherapeuten, logopedisten, ergotherapeuten en diëtisten. Maar de zorg wordt momenteel vrijwel niet vergoed vanuit het basispakket, waardoor veel kosten voor eigen rekening van patiënten komen.

Langdurig herstel

Na ontslag uit het ziekenhuis volgt voor Covid-19 patiënten een lange herstelperiode thuis, of in een revalidatie- of verpleeghuis. Mogelijk duurt dit tot een jaar na de IC-opname. Juist in deze periode is blijvende aandacht voor voeding en bewegen essentieel. De behoefte aan eiwit en energie is in deze fase sterk verhoogd. Na IC opname kan verlies van reuk en smaak optreden wat vaak leidt tot een verminderde eetlust, waardoor patiënten minder gaan eten. Tijdens de herstelperiode in de thuissituatie zijn specifieke adviezen en een goede monitoring nodig om voldoende voedingsstoffen in te nemen. Multidisciplinair samenwerking van zorgverleners is nodig om de juiste zorg te realiseren. 

Ruimere vergoedingen

De vergoeding voor de paramedische herstelzorg na ernstige COVID-19-infectie geldt voor maximaal 6 maanden vanaf de eerste behandeling. Het betreft maximaal 7 uur diëtetiek, 8 uur ergotherapie en 50 behandelsessies fysiotherapie/oefentherapie. Dit is inclusief de tijd die nodig is voor onderlinge afstemming en coördinatie van de zorg. De medisch specialist of huisarts beoordeelt welke en hoeveel paramedische herstelzorg nodig is en verwijst de ex-COVID-patiënt door naar één of meer paramedische zorgverleners.

Herstellende patiënten kunnen zes maanden aanspraak maken op de zogeheten paramedische zorg. Dat kan met zes maanden verlengd worden als een medisch specialist dat noodzakelijk acht. Ook kan het behandeltraject na drie maanden gestopt worden, mocht de zorg niet meer noodzakelijk zijn. Volgens het Zorginstituut zou het plan op jaarbasis bijna 28 miljoen euro kosten.


Dit bericht delen: